Verwijder het harde vet, de zenuwtjes en eventueel de vliesjes van de varkenswangen. Of kijk je slager lief aan en vraag of hij/zij het voor je wilt doen. Breng de bloem op smaak met zout en peper. Wentel hierin de varkenswangen. Verhit 2 eetlepels olie in een grote stoofpan met dikke bodem. Voeg de varkenswangen toe en bak ze in 2-3 minuten rondom goudbruin. Misschien zal je dit in een paar keer moeten doen. Haal de wangen uit de pan en zet apart.
Snipper de ui. Was de prei en snijd fijn. Verhit de overgebleven olie in de pan en fruit hierin op een zacht vuurtje de ui en prei zo’n 20 minuten tot het zacht is. Voeg de tijm, laurier en honing toe, zet het vuur iets hoger en bak het geheel tot de prei goudbruin en gekarameliseerd is. Doe de varkenswangen terug in de pan, bij de prei. Schenk de bouillon en wijn erbij. Breng op smaak met zout en peper en breng aan de kook. Dek de pan vervolgens af, zet het vuur laag en laat het vlees in 2½-3 uur zachtjes gaar stoven.
Schep de wangen met een schuimspaan uit de pan en houd warm onder aluminiumfolie. Breng de saus aan de kook en voeg de mosterd en room toe. Laat het 5-10 minuten borrelen tot je een goudachtige, volle saus hebt. Voeg de wangen toe en warm het geheel nog eens goed door.
Serveer de gestoofde varkenswangen met smeuïge aardappelpuree, polenta of rijst.