Hak de pistachenoten en zet apart. Halveer het vanillestokje en schraap de zaadjes eruit. Kneus de kardemonpeulen in een vijzel. Schil met een dunschiller een reepje sinaasappelschil af. Doe de rijst, melk, kardemonpeulen, honing, sinaasappelschil, vanillezaadjes- en stokjes in een pan met dikke bodem en breng aan de kook. Draai het vuur laag en laat ongeveer 30 minuten zachtjes pruttelen tot de rijst gaar is en een smeuïg geheel vormt. (Dit kan sterk verschillen per merk van de rijst. Blijf het dus goed in de gaten houden en houdt eventueel wat extra melk achter de hand). Blijf geregeld roeren, daar wordt de pap lekker vol en romig van. Snijd ondertussen de rabarber in diagonale stukken van 2,5 centimeter lang. Verwijder alleen de schil van de rabarber als die erg hard en draderig is. Plaats de rabarber in een brede pan. Schep de suiker erbij. Schil met een dunschiller reepjes sinaasappelschil en doe ook in de pan. Pers vervolgens de sinaasappel uit boven de rabarber. Breng aan de kook en laat ongeveer 5 minuten rustig inkoken tot een siroopje. Na deze tijd zal de rabarber ook zacht zijn maar nog wel zijn vorm behouden.
Verdeel de rijstepap over schaaltjes en schep de rabarber met een beetje siroop er bovenop. Garneer met gehakte pistachenoten. Serveer bij voorkeur warm.