Schil de koolrabi. Snijd de koolrabi julienne (door het eerst in dunne plakken en daarna in luciferdunne reepjes te snijden). Doe in een kom en meng er 1 theelepel zout door. Laat 30 minuten tot 24 uur staan, zodat de koolrabi zachter wordt en een deel van het vocht onttrokken wordt. Spoel de koolrabi af en dep droog met een schone theedoek. Roer de mayonaise, mosterd en citroensap door de koolrabi. Snijd de kruiden fijn en meng erdoor. Breng op smaak met zout en peper. Bewaar in de koelkast.
Leg de tofu op 2 vellen keukenpapier en zet er 20 minuten iets zwaars op, zodat het vocht eruit gedrukt wordt. Snijd vervolgens de tofu in repen van zo’n 1,5 centimeter dik en 4 centimeter lang. Verkruimel de cornflakes en leg op een groot diep bord. Roer de bloem, maizena, paprikapoeder en cayennepeper door elkaar. Klop er shoyu en ongeveer 100 ml water doorheen tot een lobbig beslag ontstaat. Breng goed op smaak met zout en peper.
Verwarm een laag van 1,5 centimeter zonnebloemolie in een pan tot 180°C. Haal de repen tofu door het beslag – laat het teveel eraf lopen – en rol het daarna door de cornflakes. Zorg dat de tofu rondom goed bedekt is. Frituur de gepaneerde tofu in 2 minuten goudbruin en knapperig. Draai na 1 minuut even om. Laat uitlekken op keukenpapier en serveer met de koolrabiremoulade.