Verwarm de oven voor op 200°C. Was de knolselderij heel goed met een borstel. Leg de knolselderij op een stuk aluminiumfolie. Besprenkel met olijfolie, zout en peper. Pak de knolselderij losjes in met aluminiumfolie. Rooster de knol, afhankelijk van de grootte, 1 tot 2 uur, tot de knol helemaal gaar is. Een prikker zou je er dan gemakkelijk doorheen moeten kunnen steken.
Snijd de knolselderij in parten of plakken en verwijder naar wens de schil.
Halveer de prei in de lengte en was schoon. Snijd de prei in dunne halve ringen. Snipper de knoflook. Fruit de prei en knoflook in 1 eetlepel olie op middelhoog vuur, tot de prei zacht begint te worden. Schenk de bouillon erbij, breng aan de kook en laat 20 minuten pruttelen. Snijd ondertussen de peterselie fijn. Voeg de peterselie toe aan de bouillon en breng op smaak met citroensap, zout en peper.
Rooster de hazelnoten in een droge koekenpan tot ze goudbruin zijn. Hak de hazelnoten grof.
Verhit de overige olie en boter in de koekenpan op hoog vuur. Bak hierin de parten knolselderij in ongeveer 2,5 minuut per kant goudbruin.
Verdeel de prei-peterseliebouillon over 4 diepe borden. Leg in ieder bord 2 parten knolselderij. Strooi de hazelnoten erover en serveer. Serveer naar wens met stokbrood, om er een wat meer vullende maaltijd van te maken.