Verwarm de oven voor op 140°C. Bekleed een bakplaat met bakpapier en teken daarop een cirkel van 23 cm doorsnede. Klop de eiwitten goed stijf. Klop geleidelijk de suiker erdoor tot er een stijf, glanzend schuim ontstaat. Strooi de tarwebloem erover en spatel dit met de azijn en de vanille essence door het mengsel. Strijk de schuimige massa op de cirkel op het bakpapier met een cirkelvormige beweging. Bak de ronde vorm 1 1/4 uur in de oven of tot het schuim knapperig is en goudbruin wordt. Zet de oven uit maar laat hem dicht tot de schuimvorm is afgekoeld in 1-2 uur. Haal voorzichtig het bakpapier onder de vorm vandaan en leg hem op een serveerschaal.
Maak ondertussen de rabarbercompote.
Maak de rabarberstelen schoon en snijd ze in dikke stukken. Boen 1 citroen of sinaasappel schoon en rasp de helft van de schil. Zet de rabarber op met een bodempje water, de rasp en de suiker (naar smaak). Kook de rabarber in ongeveer 7 minuten zachtjes gaar. Laat de compote afkoelen en zeef.
Schep de rabarber door de stijfgeklopte slagroom, meng niet helemaal, houd een beetje een gemarmerd effect. Schep het mengsel op het midden van de schuimvorm en garneer met muntblaadjes.