Schil de stoofperen, maar laat ze heel en laat het steeltje zitten. Zet ze naast elkaar in een pan en voeg water, het kaneelstokje, de kruidnagels, citroenschil en ahornsiroop of suiker toe. Breng aan de kook en laat het geheel op een laag vuurtje een uur sudderen. Om de stoofperen een rode kleur te geven kun je ervoor kiezen om wat rode wijn, bessensap of siroop toe te voegen aan het water waarin je de peren stooft.
Rooster ondertussen in een droge koekenpan de pistachenoten en zet apart. Hak de chocolade fijn. Verhit de slagroom langzaam en onder regelmatig roeren in een steelpannetje met dikke bodem. Haal de room van het vuur zodra hij begint te koken. Laat hem 1 minuut afkoelen en voeg dan de fijngehakte chocolade toe. Roer de saus voorzichtig tot hij glad is. Roer eventueel de vanille-essence erdoor. Houd de saus voorzichtig warm. Hak de pistachenoten grof.
Haal de stoofperen uit de pan en laat ze afkoelen. Zet iedere peer in een apart kommetje of glaasje, giet de warme chocoladesaus erover en strooi de gehakte pistachenoten erover.